De tamme kastanje is inheems in Zuid-Europa, Noord-Afrika en Klein-Azië en werd al door de Romeinen aangeplant ten noorden van de Alpen, o.a. voor de consumptie van de eetbare vruchten, de kastanjes. De bloemen zitten aan rechtopstaande aarvormige lichtgele katjes en ruiken onaangenaam. De enkelvoudige, langwerpige verspreid staande bladeren zijn scherp getand. De stekelige vruchten, ook wel bolsters genoemd, bevatten 1 tot 3, soms 4 kastanjes. Gepofte kastanjes zijn in sommige landen een winterse lekkernij.
Deze mooie boom staat op diverse plaatsen in het bos. Opvallend is dat er steeds meer jonge zaailingen te vinden zijn waarschijnlijk door het verspreiden van de kastanjes door muizen en gaaien. Een heel mooie groep is te zien langs het fietspad vanaf de Rozendijk net voor het begin van de Tureluursweg.