De Winterlinde, ook wel Kleinbladige linde genoemd, is inheems in de bossen van Midden- en Oost-Europa en zijn vaak geplant in parken en langs straten. Het goed bewerkbare hout wordt veel gebruikt voor houtsnijwerk. De lindebast is vroeger gebruikt voor vlecht en bindmateriaal. De karakteristiek schors is vaak knoestig met dikke woekeringen. De bloemen zitten met 4 tot 12 bijeen, vergroeid aan een lichtgekleurd schutblad. De bladeren zijn hartvormig, enigszins asymmetrisch met een duidelijke punt en hebben lange stelen. De onderkant van het blad is blauwgroen en heeft bruinrode haarbosjes in de nerfoksels waar het blad aan de steel zit. De vruchten zijn ovaal tot rond met een dunne bolster.
Een heel mooie aanplant van deze linde is te zien als je vanaf de Jan Aijeweg het fietspad rechts op gaat en dan aan de rechterkant. Bij de laatste bosdunning zijn er bomen tussen uit gehaald zodat er nu weer meer ruimte is voor de komende jaren.